Terugblik webinar Micromobiliteit & Openbare Ruimte
Door de plaats die de auto inneemt in de stad staat de openbare ruimte onder druk. Micromobiliteit en het delen van voertuigen kunnen dan goede oplossingen zijn. Drie experts lieten er hun licht over schijnen tijdens het webinar Micromobiliteit & Openbare ruimte op donderdag 15 april.
De eerste spreker is Frans Bekhuis, senior projectmanager CROW. Hij gaat in op de verschillende soorten hubs, hun verschillende toepassingen en hoe de implementatie van hubs een integrale aanpak vereist. Een hub kan fungeren als begin-, eind- en/of overstappunt. Ook is een onderscheid te maken in personen- en goederenvervoer. De zes verschillende hubs hebben te maken met de volgende vijf aspecten: mobiliteit, logistiek, ruimte, energie en economie.
Uit onderzoek blijkt dat de drie meest bepalende kenmerken voor het wegdoen van een eigen auto zijn:
- nabijheid van openbaar vervoer
- betaalbaarheid deelmobiliteit
- loopafstand deelauto
De presentatie van Frans is hier terug te zien: Van Knooppunten naar Mobiliteitshubs
Hely deelmobiliteit
Ingrid Staffhorst (directeur Hely) geeft aan dat we al langer de trend zien van bezit naar gebruik. Gemeenten hebben voorlopig nog moeite met de puzzel van het beperkte aantal woningen, een beperkte openbare ruimte, parkeren, bereikbaarheid en luchtkwaliteit. Zo heeft Hely het plan opgepakt om multimodaal deelvervoer in één app aan te bieden voor een betere leefbaarheid in de stad.
Om deelmobiliteit mogelijk te maken voor de massa heeft Hely drie soorten locaties:
- thuis – bewonershub
- op straat – wijkhub
- kantoor – op locatie
Naast deze soorten locaties gaat Hely ook de samenwerking aan met andere mobiliteitsleveranciers. Nu al met Shuttle, NS, OV-fiets en Greenwheels en in de toekomst ook met andere vormen van deelvervoer zoals Felyx, Check, MyWheels, OV-chipkaart, et cetera.
Ingrid sluit af met de learnings van Hely:
- Openbaar vervoer sluit goed aan op deelvervoer. Deelmobiliteit moet wel zo dicht mogelijk bij de gebruiker zijn.
- Een ambitieuze parkeerstrategie werkt. In nieuwbouw is dit makkelijker dan in bestaande bouw. Lokale overheden moeten deelmobiliteit aantrekkelijk en betaalbaar maken.
- Zo min mogelijk voorschrijven hoe het moet, ruimte laten voor innovatie.
De presentatie van Ingrid is hier terug te zien: Mobiliteitshubs bij Hely
Over morgen
Nick Knoester (Projectmanager Over Morgen) haalt aan dat er naar de mobiliteitspropositie gekeken moet worden. Oftewel starten bij de opgaven en ambitie en niet bij de eindoplossing. Hij ziet een trend in floating van deelmobiliteit waarbij er partijen zijn die free floating aanbieden en partijen waarbij je het voertuig niet hoeft terug te brengen bij een station (station-based) maar wel in een bepaalde wijk.
Over Morgen heeft ervaring met advies over beleid op gebied van deelmobiliteit. Zo kun je bijvoorbeeld bij e-scooters grotere afstanden stimuleren door een starttarief en hogere snelheden in te stellen. Hierdoor zal de e-scooter eerder gebruikt worden voor langere afstanden en dus meer autoritten gaan vervangen.
Daarnaast geeft Nick aan dat we de overlast van deelscooters een beetje voor lief moeten nemen, auto’s gebruiken ook veel ruimte maar worden breed geaccepteerd. Dus leg de overlast goed uit.
Als toekomstige opgaves ziet Nick de kansen voor Park and Bike. De P+R-terreinen liggen nu niet altijd even goed. Deze locaties zijn vaak gekozen vanuit een praktisch oogpunt waar hoogwaardig ov en een snelweg samenkomen. Vanuit de P+R Gelredome in Arnhem is het verder weg naar de stad dan vanaf andere locaties waar je eerder gratis kon parkeren. Dit werkt niet in de praktijk. Er zijn nog veel kansen voor flexibele overstappunten.
Lees ook de verslagen van de eerder gehouden webinars:
- Micromobiliteit & Data (op crow.nl)
- Micromobiliteit & Verkeersveiligheid (op crow.nl)