Fietsenstalling anno 2022 niet meer verstoppen onder flatgebouw
Donkere fietsenhokken op de begane grond van flatgebouwen zijn niet meer van deze tijd. De stalling anno 2022 moet worden ingericht als een uitnodigende welkome ruimte. Een ruimte die een hoofdrol speelt in de ontsluiting en service van het gebouw. Dat stellen Monica Ketting en Daniëlle Huls van het architectenbureau KettingHuls die in het rapport BIKE-Inc met concrete voorstellen komen hoe die transformatie in de praktijk vorm kan krijgen.
Hoogbouw ziet er vandaag de dag anders uit dan de flats die in de naoorlogse jaren verrezen, met op de begane grond rijen kelderboxen. Vaak gaat het nu om een bouwblok met een basis van 6 tot 8 verdiepingen met daarop hoogbouw tot 60-80 meter, incidenteel een hoogteaccent van 150 meter en rond de 300-400 woningen. In de blokken is sprake van functiemenging van wonen (50–85%) en werken (50–15%). Dit betekent dat er ruimte moet komen voor 1.500-2.200 fietsen en rond 100 scooters.
De benodigde fietsenstallingen zullen integraal onderdeel moeten uitmaken van alle faciliteiten en services die worden geboden als sociaal middelpunt van het gebouw. Beide architecten illustreren hun opvatting met drie ontwerprichtingen, die gemeen hebben dat de gesloten kelderboxen wordt ingeruild voor transparante ruimten, in de kelderverdieping, op de eerste verdieping of verspreid door het gebouw.
En bij die kelderverdieping doet niets meer denken aan de gedateerde duistere stallingen uit het verleden. Alle tweewielers, fietsen, bakfietsen en scooters samen met het bezoekers-parkeren zijn ondergebracht in een halfverdiepte stalling rondom een verdiepte patio. Grote glaspuien geven zicht op de patio met grote bomen in de volle grond, bankjes en grote brede trappen naar entrees van de woningen, werkruimte en eventueel een café. De stalling is te bereiken met een luie trap met fietsgoot en vanuit de stalling zijn alle etages met liften en trappen te bereiken.
Bij stallen op de eerste verdieping wordt de combinatie gezocht met de entreehal van het woongebouw met een conciërge, pakketservice, fietsenreparatie en een doorsteek naar de tuin. Vanuit de fietsenstalling kun je ook de lobby van de kantoren op de eerste verdieping bereiken. Ook hier brengen liften en trappen je direct vanuit de stalling naar de verschillende bouwlagen.
Voor het fietsparkeren bij de voordeur zijn meer opties denkbaar. Een stalling op ieder woon/werklaag bijvoorbeeld bij de lift. Of op de galerij direct bij de woning of in een fietsdock (geautomatiseerde fietsparkeersysteem). Het blijft in het rapport niet alleen bij schetsontwerpen. Een Toolbox biedt onder meer afmetingen en de benodigde netto-hoogte voor de verschillende fietsparkeersystemen, evenals afmetingen van parkeervakken voor bakfietsen en scooters, breedtes van gangpaden en de vormgeving van trappen met fietsgoot.
Ook eventuele voor- en nadelen van bepaalde oplossingen komen aan bod in het rapport, waar tal van deskundigen aan hebben meegewerkt. Evenals concrete adviezen en handvaten om de theorie in praktijk om te zetten.
Want net zoals CROW-richtlijnen heeft opgesteld voor dubbelgebruik van autoparkeerplaatsen, zou dit bijvoorbeeld ook gedaan kunnen worden voor fietsparkeerplekken. Een percentage van de stalling die overdag gebruikt kan worden door mensen die in het blok werken kan ’s avonds gebruikt worden door mensen die er wonen.
Vanwege het brandrisico van e-fietsen zou je bij oplaadpunten sprinklers toe moeten passen. En geef de route en logistiek van het thuiskomen en weggaan zorgvuldig vorm, met daarin opgenomen de postbussen, postpakketjes, afvalcontainers, liften en trappen als onderdeel van de route die je met je fiets aflegt.
Wanneer het stallen of parkeren van je fiets onderdeel uitmaakt van een mooie en logische route van de straat naar je woning of werkplek of andersom, wordt het gebruik van de stalling bevorderd. En zorg dat een deel van de stalling zichtbaar is vanaf de straat. Kortom, veel concrete info voor architecten die de handschoen zelf willen oppakken.
