Grote gemeenten kampen met parkeerdruk
In de meeste grote steden in Nederland zijn er te weinig parkeerplekken. Uit een rondgang van de NOS bij de grootste 25 gemeenten blijkt dat ze nagenoeg allemaal kampen met een groeiende parkeerdruk.
Er komen ook steeds meer auto's bij. Op 1 januari 2023 waren er bijna 9 miljoen personenauto's in Nederland. De verwachting is, dat er volgend jaar zo’n 360.000 nieuwe voertuigen geregistreerd zullen worden. Maar er worden ook elk jaar auto's gesloopt en geëxporteerd. Voor al die auto's is niet vanzelfsprekend plek. De ruimte is schaars, zeker in steden. De keuze om ruimte te besteden aan parkeren voor auto’s, parkeren voor fietsen, groen of woningen, is erg lastig.
Waterbedeffect
Om de druk tegen te gaan, kiezen veel van de 25 grootste gemeenten voor uitbreiding van de gebieden met betaald parkeren (ook in buitenwijken), of voor verhoging van de parkeertarieven. Maar dat leidt op andere plekken in de gemeente vaak voor een zogenoemd waterbedeffect.
Dat effect betekent dat de invoering van betaald parkeren in de ene wijk leidt tot het uitbreiden van betaald parkeren in naastgelegen wijken. Vooral bewoners die net buiten een gebied met betaald parkeren wonen melden parkeeroverlast. Zij ervaren overlast van geparkeerde voertuigen die feitelijk thuishoren in het naastgelegen gebied waar wél betaald parkeren van kracht is.
De gemeente Amersfoort wil het waterbedeffect voorkomen door overal betaald parkeren in te voeren. Nu is nog een klein deel van de stad betaald parkeren, vooral in het centrum. Sommige inwoners zijn het niet met de gemeenteraad eens.
Deelmobiliteit
Naast het betaald parkeren geven veel gemeenten ook geen tweede parkeervergunningen (meer) uit, zoals Utrecht en Tilburg. Gemeenten als Breda en Amsterdam sluizen bezoekers en bewoners in sommige wijken door naar parkeergarages, als alternatief voor parkeren voor de deur.
Maatregelen tegen parkeerdruk kunnen niet los staan van het bieden van alternatieven. Een deel van de oplossing ligt in deelmobiliteit: onder meer auto's, fietsen en bakfietsen die wijkbewoners delen. Maar dat moet dan wel uitvoerbaar zijn. Een wijk in een stad is daar waarschijnlijk geschikter voor dan een dorp op het platteland. In het eerste geval is het station vlak bij en zijn er veel deelauto's beschikbaar. Deelmobiliteit is ook makkelijker uitvoerbaar in nieuwbouwwijken dan in wijken uit de jaren 60 en 70, die vaak ingericht zijn op de auto.
Herziene parkeerkencijfers
CROW brengt in het eerste kwartaal van 2024 de herziene parkeerkencijfers uit.
Bron: nos.nl